Ons bezoek aan Seattle zit erop. We hebben het prima naar onze zin gehad. Twee hele dagen was ook genoeg. Natuurlijk hebben wij de stad niet helemaal kunnen zien. Bij lange na niet zelfs. Maar als toerist heb je niets te zoeken in de buitenwijken. Vaak genoeg ook veel te gevaarlijk. Dus je begeeft je voornamelijk downtown waar het druk is en voor ons al toerist het meeste valt te beleven.
Ons hotel, de Pan Pacific was helemaal super en kunnen we iedereen aanbevelen die van plan is naar Seattle te gaan. Hartje downtown in een nieuw wijk die recentelijk is neergezet en volledig in eigendom is van Paul Allen, de tweede man van Microsoft. Ook het hotel is van hem. We hebben genoten van de intieme luxe die het hotel uitstraalt en de prachtige kamer met alle comfort die je maar kunt wensen.
Maar goed. Tijd om te gaan en natuurlijk hopen dat ons laatste hotel in Vancouver aan onze eisen voldoet. We hebben het gevoel dat we steeds kritischer worden, maar ja, luxe went snel. We stonden al vroeg met onze koffers en de standaard beker Starbucks koffie voor het hotel te wachten op de taxi die ons naar het Hilton Hotel in University street zou brengen waar het verhuurbedrijf zit van onze tweede auto die ons naar Vancouver zou brengen.
We hadden ook kunnen kiezen voor openbaar vervoer, maar het plan is om onderweg de Boeing fabriek in Everet te bezichtigen. Daarom was voor deze dag een auto noodzakelijk. Nadat een vreselijk dikke man met vieze lange nagels van het verhuurbedrijf ons de autosleutel van onze huurauto had overhandigt, konden we de auto opzoeken, de koffers erin gooien, de navigatie instellen en opweg gaan. Ramon begon de dag met rijden en reed ons al snel naar de Boeing fabriek waar de rondleiding om half twaalf zou beginnen.
Future of Flight heet de rondleiding. We begonnen met een kleine groep in een grote filmzaal waar we in tien minuten te zien krijgen hoe een vliegtuig wordt gebouwd. Daarna werden we de bus in geloodst, waar een gewapende security dame van Boeing ons voor de zoveelste vertelde dat we geen elektronische apparatuur bij ons mochten hebben. Die hadden we al in een kluisje gestopt. De bus reed ons naar een waanzinnig groot gebouw waar volgens zeggen van de gids compleet Disney World Los Angeles in kon worden ondergebracht, en dan was er nog ruimte over. Via een ondergrondse service gang gingen we met de lift naar boven naar een soort van platform waar we uitzicht hadden op een twee delen van “productielijnen”. In het eerste deel wordt de Boeing 777 geassembleerd, en in het andere deel de Boeing 787. Een nieuw type vliegtuig die in augustus af moet zijn. Het bijzondere aan dit vliegtuig is dat er niet meer gebruik wordt gemaakt van aluminium maar van een kunstsof waardoor er ongeveer twintig procent minder brandstof nodig is. Dat is natuurlijk efficiënt en ook nog goed voor het milieu. Het was wel even leuk om van het platform de half afgebouwde vliegtuigen te bekijken. Vooral de immens grote hallen maakt indruk.
Na een klein half uurtje over de railingen te hebben gehangen, werden we de bus weer ingeloodst om nog een laatste kijkje te nemen naar de Boeing 747, het succesnummer. Daarna terug, en werden we voor de souvenir winkel afgezet waar je alles kunt kopen met het woordje Boeing erop.
Na nog een halfuurtje in het museum te hebben rondgekeken hebben we de auto weer opgezocht om de Canadese grens over te steken naar onze laatste stop van de vakantie, Vancouver in Brittisch Colombia.
De grensovergang leverde een klein uurtje vertraging op. Ook hier een overijverige douane beambte die extra bonus krijgt om je zo onvriendelijk mogelijk het land binnen te laten en die ons vroeg waar we vandaan kwamen, waar we heen gingen, wanneer we terug gingen, waarom we erheen gingen, hoeveel geld we bij ons hadden …… Uitslovers. Gelukkig kregen we de benodigde stempels en konden we verder. Het laatste stukje nog getankt, want we moesten de tank 3/8 vol weer inleveren en voor 10 dollar een pakje sigaretten gehaald. Shit.. duur roken hier. Sigaretten zijn in de winkels ook afgedekt zodat je de pakjes niet kunt zien. Op moment dat ik dit tik is het net 1 juli geworden in Nederland en is ook Nederland rookvrij. Nou we hebben er al vast aan kunnen wennen. In de meeste amerikaanse steden, en ook in Vancouver zou laten blijken, mag je nergens binnen roken, en wat nog erger is, ook niet op terrassen. Minimaal 6 meter van het terras (dus midden op straat ongeveer). In Nederland mag er op de terrassen wel worden gerookt en dat lijkt me ook helemaal geen probleem.
Dankzij de navigatie was het hotel gauw gevonden. Nadat we hadden ingecheckt hebben we eerst de auto afgeleverd bij het verhuurbedrijf een blok verder en zijn we terug gelopen naar het hotel om (nadat we een drankje hebben gedronken op het terras) effe een uurtje te rusten (we zijn de jongste niet meer). De kamer was prima. Geen Pan Pacific maar twee grootte heerlijke Queen bedden, een grote kamer met koelkast en een piepklein badkamertje. We zitten op de 26e verdieping (25 hoog omdat verdieping 13 niet bestaat!) met een waanzinnig uitzicht over de stad. De kamer heeft een balkonnetje waar je met een klein beetje hoogtevrees voor geen goud op durft te gaan staan (Ramon zullen we daar niet tegenkomen).
Tegen negenen zijn we stad ingelopen naar Davie street (een blok of zes van Robson street waar ons hotel zich aan bevond).Davie street is een gezellige straat vol kleine eettentjes en kroegen. Na best wel lekkere salade bij een eettent zijn we een aantal kroegen afgelopen om het uitgaansleven voor de komende dagen een beetje te verkennen. We waren niet ontevreden. We hebben een aantal leuke kroegen gevonden en met een aantal aardige locals een biertje gedronken.
Tegen een uur of drie (het was tenminste zaterdag avond) waren we het zat en zijn we lekker luxe met een taxi naar het hotel teruggereden. Eerder al de avond hadden we afgesproken dat we de zondag voor de verandering eens geen wekker zouden zetten. De eerste dag na drie weken dat we ons de tijd gunden om een keertje uit te slapen. En dat hadden we wel nodig (zou de volgende dag wel blijken).