Fort William was helemaal ons plaatsje en alhoewel het gezellig was, werd het gisteren avond niet al te laat. Het was dan ook een maar een zondagavond hier in een dorpje in de Schotse hooglanden en ook hier moeten de hooglanders, net als de laaglanders, weer vroeg aan de slag. Weliswaar, de eerstgenoemde aan het werk, waarschijnlijk om de troep op te ruimen van de volgende groep en de laatstgenoemde om als toerist op pad te gaan. En zo om kwart over acht de een aan een Engels ontbijtje en de ander aan een fruit ontbijtje, om al om kwart voor negen zaten we in de auto.
Niet zo zeer zo vroeg omdat we nu hele grote afstanden hoeven af te leggen, maar meer omdat hier geen snelwegen liggen en duurt het langer voordat we op onze uiteindelijke plaats van bestemming aankomen. Dus via slingerende bewegingen langs de vele Lochs, door net zo veel Glens, opgeluisterd door menig Caisteals, rijden we steeds noordelijker richting onze eindbestemming, waar we twee dagen zullen vertoeven. En wie zich af vraagt wat ik nu weer moeilijk aan het doen ben. Lochs zijn meren, Glens zijn valleien en Caisteals zijn… jawel, kastelen. En al die typische Schotse woorden, of beter geografische fenomenen, worden begeleid door typisch Schots weer; korte hevige regenbuien, bewolking met af en toe een straal zon, wind… heel veel wind, afgetopt met de daarbijbehorende temperaturen.
Voor de meesten niet meteen het ideale vakantieweer, maar voor nu vinden we het meer dan passend. Daarbij willen we natuurlijk niet als typische laaglander overkomen, door alleen maar te klagen over het weer. Immers, vorig jaar hadden we volop zon, geen briesje wing en temperaturen minimaal drie maal zo hoog als we het nu hebben. Overigens denkt de niet schrijver van dit verhaal, iets anders over. Maar goed dan had hij zelf maar eens een verhaal moeten schrijven. Iets wat niet meer is gebeurd sinds 18 mei 2018. Na een grove berekening blijkt dat zo’n 120 verhalen geleden.
En ongeveer een half uur na het middaguur rijden we twee groten bruggen the Isle of Skye op. Eén ding van de hotels valt ons hier op, waar we eigenlijk alleen in Japan mee te maken hebben gehad; de bijna anale focus op de inchecktijd. Het is vrijwel onmogelijk om eerder in te checken in de kamer. Ook nu weer, dus nemen we de bepakte en bezakte auto mee naar onze belangrijkste doel: Old man of Storr. Dichterlijk vertaald als grote rots wat lijkt op een gezicht als een oude man. Waarbij Storr komt van de vikingen en verwijst naar grote man of indrukwekkend.
Het is een relatief eenvoudige hike naar de grote rots wat lijkt op een gezicht van een oude man. Nee voor vandaag zit de uitdaging hem in het bedwingen van de weergoden. Dus enigszins goed voorbereid, maar vooral goed gekleed, beginnen we de wandeling naar de grote rots. Vooral de Noorse (weer)god Odin zit ons dwars, want het waait behoorlijk, met flinke uithalen van 60 kilometer per uur. Met die snelheden inclusief af en toe de buien van (weer)god Njord, dalen de gevoelstemperaturen tot 5 graden Celsius. Barre omstandigheden, die we weten te weerstaan als een echte Thor. En zo weten we uiteindelijk van afstand een foto te maken van de grote rots wat lijkt op het gezicht van een oude man. Maar zelfs met heel veel denkvermogen zien wij de gelijkenis niet echt. Overigens verder gaan was niet verantwoord, want de rest van het pad ging over te smalle voetpaden langs te stijle afgronden en met deze rukwinden kan één misstap slecht aflopen.
Op het moment dat we weer in onze auto stappen hebben we de inchecktijd bijna achter ons gelaten en rijden we voorzichtig naar ons hotel. Over die voorzichtigheid morgen meer. We hebben een nieuwe, prima en schone kamer, maar is voor ons doen eigenlijk iets te krap. Maar hier zullen we het vandaag en morgen mee moeten doen.
Na wat relax en schoonmaak tijd, trekken we de schoenen aan om naar Portree te lopen. We hebben met heel veel moeite een hotel hier weten te vinden, want alles is hier ver van te voren volgeboekt. Portree is de hub van the Isle of Skye, waar bijna alle toeristen zich verzamelen voor de avond en de nacht. Daarom was er alleen nog maar een hotel beschikbaar op een afstand van 1,6 kilometer van het stadje zelf. Overigens vroegen we ons thuis al af of Portree geen toerist-trap blijkt te zijn. We gaan het meemaken.
Het blijkt mee te vallen, alhoewel het geen fantastisch mooi stadje is. Het doet precies wat het moet doen. Her levert vermaak in een pub en goed eten in een restaurant, wat we al lang van te voren noodzakelijkerwijs hebben gereserveerd. In de tijd tussen nu en het reserveren bleek het uur tijdsverschil ergens verloren te zijn gegaan en waren we uur te vroeg voor het eten, maar dat uurtje tijdverschil hebben we natuurlijk ook overleefd.
Net als hotels en restaurants dien je hier ook taxi’s ver van te voren te reserveren. Laten we dat nou net niet hebben gedaan en dat is zeer vervelend als de god Njord heeft besloten zich te doen laten gelden. Maar daar kwam de vriendelijkheid van de Schotse medemens, die we tot nu toe hebben mogen ervaren, naar boven. Want een zeer vriendelijke Schotse wilde ons wel even een lift geven naar ons hotel en zo hebben we Njord goed kunnen weerstaan. En zo eindigt deze dag vol indrukken en weergeweld in het mooie Schotland.